fotografieElsZweerink
Maria Goos ontmoet Igone de Jongh
Interview gepubliceerd in de NOUVEAU, 2018. (download pdf)


‘IK WILDE ALTIJD ACHTERAAN STAAN’

Igone de Jongh is de trots van het Nationale Ballet en de muze van Hans van Manen. Momenteel toert ze door het land met zijn ode aan de meester. Aan Maria Goos vertelt ze over haar bijzondere band met de gevierde choreograaf en haar liefde voor Thijs Römer.


Tekst: Maria Goos
Foto's: Anne Timmer


Ze heeft een jas aan en een shawl om. Ze is ziek, maar wil het interview niet ver- plaatsen. In het gesprek is ze toegewijd, geconcentreerd en zonder reserve en dat is hard werken voor zo’n introvert persoon. Ze spreekt kordaat en vastberaden, maar met een kinderlijk zachte, bijna ijle stem. Al snel valt de naam van haar geliefde: Thijs Römer. Ze reageert verbaasd als ik haar vertel dat Thijs een paar jaar geleden in een stuk speelde dat ik heb geschreven. ‘Ik heb hem nog nooit op het toneel gezien, ik kan niet wachten.’ We praten over de echtschei- ding van Mathieu Gremillet, de vader van haar achtjarige zoon Hugo en natuurlijk over dans, waardoor het vanzelfsprekend ook gaat over Hans van Manen, met wie ze veel deelt.

Je bent de muze van Hans van Manen, jullie zijn ook bevriend, hoe is jullie samenwerking? ‘We begrijpen elkaar inmiddels heel erg goed. Maar als ik begin aan iets nieuws van hem, dan ben ik helemaal blanco. Ik luister naar Hans, naar zijn ideeën en probeer te doorgronden wat hij bedoelt. Er zit geen inbreng van mij in tot het klaar is. Dan pas ga ik de choreografie gestalte geven door het op mijn manier te doen. Dansers zijn gewend om in dienst te staan van een choreograaf. Dat wordt er van jongs af ingestampt.’

Je ouders hebben je vanaf je vierde jaar gestimuleerd om te dansen. Vanaf dat moment draaide het in het gezin voornamelijk om jou. Wat doet dat met een kind? ‘Ik was niet bezig met wat er thuis gebeurde, ik was zó gefocust. Dat dat niet helemaal normaal was, realiseer ik me pas nu, nu mijn eigen kind acht jaar is. Op die leeftijd ging ik alleen op-en-neer vanuit Haarlem naar de academie in Amsterdam.’

Je moeder was ernstig ziek, sloot je je daarom ook af voor de realiteit van het gezin? ‘Dat denk ik niet. Ik geloof dat het met mijn talent voor dans te maken had. Daardoor gebeurt er kennelijk iets met je. Dan kom je in een soort tunnel terecht. Maar ik heb nooit het gevoel gehad dat dat mij als kind in de weg zat en zeker niet dat de kanker van mijn moeder de reden was voor mijn extreme focus op dans.’

Als je moeder zo lang ziek is, ga je er als kind dan rekening mee houden dat ze niet oud zal worden? ‘Ik heb intens van mijn moeder gehouden en zij van mij. Nooit heb ik gedacht: ik ga het rustig aan doen met mijn liefde voor haar, want ze gaat dood. Dat gaat niet. We hadden een bijzondere relatie en ik wilde ook dat ze altijd eerlijk was over haar ziekte, dus ook over de pijn en de complicaties. Een paar dagen voordat ze stierf, zei ze: “Ik wil niet meer.” Toen heb ik gezegd: “Dan gaan we dat regelen.” Ik was 27 en deed het heel volwassen en sterk. Ik voelde eigenlijk niets meer, wat ook wel moet om zo’n situatie aan te kunnen. Toen heeft ze twee dagen genomen om van iedereen die ze kende afscheid te nemen. Mijn vader was alleen maar koffie en thee aan het zetten. Ik vond dat deel van het afscheid nemen erg moeilijk; al die huilende mensen. De laatste paar uurtjes hebben we nog met zijn vieren doorgebracht en toen was het klaar.’

Mis je haar nog dagelijks? ‘Ik heb het gevoel dat ze dicht bij mijn zoontje is, bij Hugo. Hij is een bijzonder mannetje. Hij zei eens: “Ik mis oma.” Maar hij heeft haar helemaal niet gekend. Wel ben ik altijd open geweest over mijn verdriet om haar en over hoe ze was. Ik heb hem foto’s en filmpjes laten zien. Naast mijn bed heb ik een urntje staan en als Hugo daarlangs loopt, geeft hij er een kusje op.’

Er komen veel moeders met hun dochter naar jouw voorstellingen. Ben je nooit een beetje jaloers? ‘Nee, niet jaloers, maar ik heb wel lang gedacht dat het leuk zou zijn om ook een dochter te hebben. Nu heb ik in Sammy, de dochter van Thijs en Katja (Schuurman, MG), een soort bonusdochter. Heerlijk. Zo is het goed. Een tweede kindje was lang een dingetje in mijn huwelijk. Ik wilde dat heel graag, maar Mathieu wou dat absoluut niet. Heel gek, maar na mijn scheiding was dat verlangen naar een tweede kind helemaal weg. Zoals het nu is, is het prima, ook voor Thijs.’

Was je een gesloten kind? ‘Ja, ik was extreem verlegen. Een spreekbeurt vond ik vreselijk. Daarom danste ik graag. Dan hoefde ik niet te praten. Die verlegenheid heeft me in het begin van mijn carrière wel problemen gegeven omdat ik het liefst achteraan stond. Ik heb echt moeten leren om te denken: dit ben ik, kijk maar!’

Wanneer kreeg je dat zelfvertrouwen? ‘Als danseres door Hans. Vanaf zijn ballet Live durfde ik te denken: nu ben ik hier en het kan alleen maar beter worden. Vanaf dat moment heeft Hans mijn carrière begeleid. Als vrouw kreeg ik meer zelfvertrouwen nadat ik moeder was geworden. Ik voelde me een volwaardiger mens. Het leven draaide niet meer alleen om mij en dat vond ik zó fijn. Voordat ik moeder werd, was dat heel anders en dat is voor mijn ex-man niet gemakkelijk geweest. Hij danste zelf ook op hoog niveau, maar hij was geen solist. Hij kon na de repetities naar huis gaan en een voetbalwedstrijd kijken. Maar ik zat dan nog spitzen te naaien en dansvideo’s te bekijken. Bij mij hield het nooit op.’

Is dat niet ook een verschil tussen mannen en vrouwen? ‘Misschien wel. Kijk, Mathieu wist natuurlijk wel hoe ik in elkaar zat. Hij heeft daar in zekere zin ook van genoten, maar het was soms ook moeilijk voor hem. Ik ben blij dat ik nu een man heb die weliswaar ook uit de entertainmentwereld komt, maar niet uit het ballet. Ik vind het leuk dat ik van alles meekrijg uit zijn wereld, maar het is niet echt dezelfde wereld en daardoor is thuis een neutrale plek.’

Praten jullie thuis niet over jullie vak? ‘Nee. Maar als ik weet dat Thijs komt kijken en het is een productie van Hans, vind ik dat fijn. Als ik in een verhalende voorstelling zit, waarin ik meer moet acteren, vind ik het moeilijk als hij komt kijken. De Schone Slaapster bijvoorbeeld is een van de oudste klassieke balletten in ons repertoire. Wij voeren het zeer traditioneel uit, met witte pruiken enzo. Thijs vindt dat heel ouderwets, maar voor ons is het juist de hoogste vorm van kunst om het precies zo te doen als het al honderd jaar wordt gedaan. Dat is een traditie die we helemaal niet willen veranderen.’

Jij en Thijs zijn allebei gescheiden, zijn de emoties inmiddels bedaard? ‘Sinds een paar maanden wonen Thijs en ik samen. We hebben het heel goed samen, maar het was wel een stap om weer iets aan te gaan dat verdergaat dan een verliefdheid. Het is moeilijk, maar ook heel fijn. Thijs en Katja zijn een jaar eerder uit elkaar gegaan dan Mathieu en ik. Bij hen is het nu drie jaar geleden. Ik ga heel goed om met Katja en Thijs kan het goed vinden met Freek, Katja's nieuwe liefde. Ik ken niet veel mensen die dat zo goed doen als zij. Ze voelen echte liefde voor elkaar, alleen willen ze niet langer elkaars minnaars zijn. Dat is oprecht, eerlijk en warm.’

En hoe gaat het inmiddels tussen jou en je ex-man? ‘Dat ligt helaas wel iets gecompliceerder. Waar ik heel trots op ben, is dat we het voor onze zoon zo goed geregeld hebben. Mathieu en ik brengen Hugo nog elke dag samen naar school. Maar we bespreken niet langer ons leven met elkaar.’

Kun jij je voorstellen dat je na je scheiding zonder geliefde was verdergegaan? ‘Jazeker en ik ben ook heel blij dat ik het jaar na de scheiding alleen heb doorgebracht. Daardoor weet ik dat ik daartoe in staat ben. Voor Thijs geldt hetzelfde: we konden ons allebei niet voorstellen dat we ons leven ooit nog met iemand zouden delen.’

Je bent 38 en kunt nog maar een paar jaar dansen? Lachend: ‘Ja, als mijn benen het ook willen.’

Als dat stopt, gaat er weer veel veranderen in je leven. ‘Ja, dat vind ik heel erg moeilijk en dat heb ik nog nooit zo uitgesproken. Dans is de uitingsvorm waarin ik het meest mezelf ben. Het is heerlijk om me erin te gooien, om er helemaal in op te gaan. Nu denk ik steeds vaker: wat ga ik straks doen als ik niet meer dans? Dat gevoel als je na een voorstelling naar huis fietst, helemaal leeg, niet alleen fysiek, maar ook emotioneel. Als ik dat niet meer heb, wat dan?’

Wat zou ervoor in de plaats kunnen komen? ‘Ik weet het nog niet. Ik ben een beetje aan het coachen, met dansers een ballet van Hans aan het instuderen, en dat vind ik heel erg leuk. Als ik in de studio sta, heb ik wel weer dat vertrouwde gevoel… het gevoel dat de wereld buiten kan vergaan, maar dat ik in de studio bezig ben en doorga. Ik merk bij dat coachen dat mijn instinct klopt. Ik begrijp heel goed wat Hans wil van de dansers.’

Gaat je lichaam op zeker moment niet vanzelf zeggen dat het wat minder moet? ‘Op het moment doet mijn lijf nog wat ik wil, maar ik merk wel dat het meer aandacht nodig heeft dan een paar jaar geleden. Ik heb tweeëntwintig jaar van intensief dansen, wat keihard werken is, achter de rug. Ik heb een zwangerschap doorgemaakt, ben moeder geworden… Dat doet wel iets met het lichaam van een danser. Sinds kort doe ik aan yoga, omdat ik voel dat het goed is voor mijn lijf en geest. Ik doe het erbij, 's ochtends om zeven uur, voor de repetities. Als mijn lichaam niet meer wil wat ik verlang, dan weet ik dat het tijd is om te stoppen. Met yoga is er in elk geval iets fysieks in mijn leven bij gekomen dat me een nieuwe balans kan geven.’

Na mijn scheiding had ik periodes waarin ik niet kon slapen, herken jij dat? ‘Ja, dat heb ik ook gehad. In die tijd slikte ik slaappillen, maar dan dans je een stuk minder lekker. Ik begon op zeker moment ook te hyperventileren, kreeg paniekaanvallen. Toen ben ik een paar keer langs iemand gegaan om erover te praten. Maar dat is niet aan mij besteed. Het lukte gewoon niet. Met yoga lukte het me mijn ademhaling te controleren en dat gaf rust. Yoga is iets totaal anders dan dans, ik ben er lang niet zo goed in en die uitdaging vind ik erg leuk. Wonderlijk om je te realiseren dat het zo moeilijk is om in het hier en nu te zijn. Ik ben altijd bezig geweest met de voorstelling, dus met iets dat verder ligt.’

Heb je inmiddels rust in je hoofd of is het nog heel druk daarbinnen? ‘O, het is zo druk in mijn hoofd. Ik zou het soms graag uitzetten. Alles moet bij mij altijd gepland worden, ik wil precies weten hoe de week eruit gaat zien. Thijs wil dat juist niet weten, dus dat gaat tussen ons nog niet helemaal vanzelf.’

Denk je na over ouder worden? ‘Ik vind het nu alleen nog maar heerlijk, maar als vrouw heb ik nog niet het gevoel dat ik me echt zorgen moet maken. Dat ik er niet meer uitzie als een meisje van 25 vind ik geen probleem, al is dat wat de meeste mannen willen. Ik ben ook nooit zo bezig geweest met vrouwelijkheid. Dansen is keihard werken, je lichaam is je instrument. Het moet niet alleen gracieus kunnen zijn, maar ook oersterk. Je beult zo’n lichaam echt af. Dat is bepaald niet vrouwelijk.’

Als je stopt, blijft de dans in elk geval in je leven… ‘Ik zal ongetwijfeld verbonden blijven aan het vak, ik weet alleen nog niet in welke hoedanigheid. Aan Hans van Manen wil ik sowieso verbonden blijven.’

Na ons gesprek is er de fotoshoot. Zojuist zaten we nog intensief te praten. Nu heeft Igone haar focus verlegd op wat er voor de shoot moet gebeuren. Ik kijk hoe ze ernstig en geconcentreerd van de ene jurk in de andere stapt. Ik geloof niet dat ze zich realiseert dat ik nog in de ruimte ben. Igone kan focussen. Ik denk dat je zo wordt als je de allerbeste ballerina van het land bent, want dat is ze.



IGONE IN HET KORT
Igone de Jongh (Haarlem, 1979) is opgeleid aan de Nationale Balletacademie in Amsterdam en The Royal Ballet School in Londen. Ze begint in 1996 als aspirant bij Het Nationale Ballet en promoveert op haar 24ste tot eerste soliste, het hoogst haalbare in de balletwereld. Igone staat bekend om haar bijzondere vertolkingen van het klassieke balletrepertoire; zij werd in 2016 onderscheiden met de Gouden Zwaan voor haar bijdrage aan de Nederlandse dans en benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Igone is gescheiden van de Franse Mathieu Gremillet, vader van haar zoon Hugo, en heeft een relatie met acteur Thijs Römer.