|
Interview De Hulp ‐ Maria Goos, september 2011
|
1.Voor Bellevue Lunchtheater schreef je eerder Nu Even Niet en Nu Even Wel, Smoeder en Oumi. Hoe is het om weer een lunchvoorstelling te maken? Wat is voor jou bijzonder aan een lunchvoorstelling?
Het bijzondere aan een lunchvoorstelling is dat het de mogelijkheid geeft om nieuw repertoire te ontwikkelen. Nu Even Niet, Nu Even Wel en Smoeder zijn eerst een paar keer in reprise gegaan als lunchvoorstelling voor ze als avondvoorstelling de grotere zalen in gingen. Dat is een unieke en heel erg vruchtbare constructie gebleken die we nu met De Hulp ook gaan toepassen. Als De Hulp als lunch is uitgespeeld gaan we repeteren aan de avondversie, die een half uur langer is en vanaf half december gaat De Hulp als avondvoorstelling op tournee. 2. Je bent schrijfster en regisseur van De Hulp. Waarom heb je er voor gekozen ook zelf de regie te gaan doen? En hoe is het om die twee functies te hebben? Ik ben opgeleid als regisseuse. Nu Even Niet Nu Even Wel heb ik ook zelf geregisseerd. Ik hou ervan om te regisseren, maar schrijven heeft altijd de prioriteit gehad. De noodzaak tot schrijven is groter dan tot regisseren. Maar is dit geval zitten Michiel, Sieger en ik door een intensieve researchperiode zo diep in de materie dat we alledrie dachten: dit haalt een regisseur van buiten nooit meer in. Dit moeten we met zijn drieeen voltooien. 3. Waar komt het idee voor De Hulp vandaan? Michiel en Sieger en ik hebben jarenlang maandelijkse sessies gehad alvorens we tot De Hulp kwamen. We wilden graag met zijn drieen iets maken maar een goed onderwerp diende zich niet aan en we werden ook steeds door de alledaagse werkelijkheid van onze eigen levens ingehaald. Er gebeurde veel wat we met elkaar wilden bespreken en vaak eindigde een sessie zonder dat we aan werk waren toegekomen. Een constante werden op een gegeven moment mijn verhalen over de hulp die toendertijd mijn huis schoonmaakte. Met haar en haar familie had ik in veertien jaar een innige relatie gekregen met alle bizarre gevolgen van dien. Toen in 2008 de bankencrisis Amerika trof zei ik tegen Sieger en Michiel: ‘Wat zou er gebeuren als zo’n werkloze bankier thuiszit en er achterkomt dat er een paar keer per week een illegale hulp in zijn huis rondloopt.’ En dat was het startschot voor De Hulp. 4. Hoe zijn Michiel de Jong, Sieger Sloot en jij bij elkaar gekomen? Michiel en Sieger kwamen via Gijs Scholten bij mij met een verzoek om iets te schrijven voor een groep acteurs. Het was een constructietechnisch ingewikkeld plan wat ik niet wilde doen, maar we vonden elkaar wel erg leuk en inspirerend dus we bleven op zoek naar een ander plan. 5. Jullie hebben voor de totstandkoming van de voorstelling gesprekken gevoerd met illegale hulpen en bankiers. Hoe ging dat? Sieger en Michiel hebben gesprekken gevoerd met illegale hulpen. Die hebben ze opgenomen en die hebben we beluisterd. We hebben gelukkig voor het bankgedeelte begeleiding gekregen van een paar bankiers. Die hadden nog een hele klus aan ons. Sieger bleek nog het best in staat om het technische bankgedeelte te bevatten, maar Michiel en ik waren de helft al weer kwijt voor we buiten stonden. Toen zijn we met een camera op een statief naar de bankiers gegaan en hebben zij er een flap over bijgehaald. Toen werd het een en ander een stuk duidelijker. Vervolgens kreeg ik het probleem dat de materie weliswaar interessant was maar geheel niet theatraal. Dat heeft een paar versies gekost voor ik daar een oplossing voor vond. Mede daardoor was het schrijven van De Hulp een intensief en ingewikkeld proces met veel versies die elke keer opnieuw door Sieger en Michiel gelezen werden. En ondertussen bleven we steeds maar Amerikaanse documentaires bekijken over de financiele wereld. Verbijsterend en ontluisterend. En heel inspirerend. → De Hulp |
|
|